De wekelijkse column over de jeugdjaren Diane Van Rillaer. Familie van familie deel 2

Vorige week stelde ik al een deel van de familie van mijn familie voor, dit was nog maar een klein gedeelte, vroeger gingen de mensen nog niet op citytrips of uitstap in het weekend, ze bleven thuis of bezochten vaak , de zondagmiddag, hun familie. Mijn Moemoe had een goed contact met haar schoonzus, de zus van onze Vava, die ik nooit gekend heb, hij is overleden 3 maanden voor ik geboren werd. Tante Leonie, voor ingewijden Tante Nieke, en nonkel Herman , hadden geen kinderen. Ze woonden ook in Berchem in de Kemmelbergstraat en hadden een hondje, dat ze vertroetelden alsof het hun kindje was. Zelfs als kind zag ik altijd de tederheid tussen die twee, ze waren een hecht koppel, zorgden goed voor mekaar en nonkel Herman, droeg zijn vrouwtje op handen. Tante Nieke was klein en tenger, en heel modieus en verzorgd. Ze had altijd in een couturezaak gewerkt, waar ze heel mooi borduurde en ajournaaiwerk deed. Dat was borduren met heel kleine gaatjes, wat een heel mooi effect gaf aan haar witte zijden blouses en de kraagjes die ze voor ons maakte. Ze had inderdaad altijd voor iedereen witte kraagjes bij, die ze zelf maakte, en die ons Ma dan op onze kleedjes of bloesjes aanbracht. Tot op hoge leeftijd heeft ze zo , thuis, zitten naaien, ze maakte prachtige dingen, waar onze tantes altijd heel blij mee waren. Ze had ook altijd mooie witte blouses aan, waar haar borduurwerk mooi op uitkwam. Een keer per week kwam ze naar ons Moemoe, en toen ons Moemoe er niet meer was, kwam ze naar ons. Wij gingen ook regelmatig bij hen op bezoek, Nonkel Herman was , toen hij ouder werd, volledig doof, en heel stil en in zichzelf. Maar hij bleef voor zijn vrouwtje , de attente man, die hij altijd geweest was. Ze zijn allebei in de 90 geworden, en op dezelfde dag overleden. Nonkel Herman was gevallen, en Tante Nieke moet hem ( grote man) hebben willen optillen, en heeft daarbij iets aan haar hart gekregen, de verpleegster, die dagelijks langskwam, heeft hen gevonden, hij op de grond, zij met haar hoofd op zijn borst, alsof ze het zo geregeld hadden, om samen te vertrekken. Ik ben hen nooit vergeten. Ik denk altijd met een warm gevoel aan hen terug.

De broer van ons Moemoe, was Nonkel Gust, getrouwd met een strenge vrouw, tante Caroline. Ze woonden op het Kiel, in de Hendriklei, in grijze blokken met een binnentuin, dat herinner ik me nog. Ze kwamen nooit op bezoek, en ons Moemoe ging af en toe naar hen, met ons erbij, alhoewel, wij er echt niet graag naar toe gingen. Tante Caroline bekeek ons altijd, met een toegeknepen mondje, en als we een koekje kregen, stond ze met stoffer en blik in haar handen om de kruimeltjes meteen op te ruimen. Elke keer, als Nonkel Gust, het blik koekjes uit de kast nam, keek ze streng naar hem en zei ” Gust , eentje hé ” We mochten niets zeggen , maar ik had de indruk dat nonkel Gust hetzelfde lot beschoren was. Ik denk dat hij serieus onder de sloef lag, toen besefte je dat nog niet, maar als we terug naar huis gingen, of als we Tante Emilie ( de zus van ons Moemoe) zagen, werd er fluisterend gesproken , over onze Gust ” hij mag het toch hebben hé” en ” Caroline had het weer, ocharme onze Gust” ons Tante wiske, die nooit een blad voor de mond nam, vroeg dan gewoonlijk ” en mag nonkel Gust zijne voorschoot uitdoen, als er bezoek komt, of durft hij dat niet ? ” of er werd onderling gegniffeld ” die heeft ne grote sloef, zene” dus dachten wij dat tante Caroline grote voeten had. Ze hadden geen kinderen, dus vond ze het niet plezant als ons Moemoe ons meebracht, maar die trok zich dat niet aan. Tante Caroline was maar 60 als ze gestorven is ( van hartvreterij zei ons Tante Wiske ) en Nonkel Gust heeft een hele leuke dame leren kennen waar hij nog 20 jaar gelukkig mee in Spanje heeft gewoond. Hij schreef nog met ons Moemoe, maar wij hebben hem nooit meer gezien. Het kan soms raar lopen in het leven, maar hij had het in elk geval verdiend, denk ik.

Bij de foto’s : Toen Tante Wiske trouwde in de jaren dertig, maakt Tante Nieke haar trouwkleed, ook onze pakjes en lakentjes, werden gemaakt door Tante Nieke, ze kon toveren met naald en draad.

%d bloggers liken dit: