De wekelijkse column over de jeugdjaren Diane Van Rillaer. Ons Bomma, heel en al warmte en gezelligheid

Zoals ik U al vertelde was ons Bomma meegekomen, met onze Bompa na de eerste wereldoorlog, van NoordFrankrijk, waar ze woonde, met haar grote hartelijke familie. Onze Bompa die in het leger ons vaderland verdedigde, leerde haar kennen toen hij haar, juist voorbij de Franse grens, waar hij dikwijls buiten stond, voor het legerhospitaal waar hij, als gekwetste soldaat, verbleef, dagelijks zag voorbijkomen, met haar fiets. Zij sprak geen Vlaams, hij geen Frans, maar je ziet, ze vonden mekaar en waren heel gelukkig samen. Spijtig genoeg, was onze Bompa gepakt door de gas ( het gas dat de Duitsers gebruikten) en was hij snel ziek, en is hij vrij jong overleden, ik was 11of 12 toen hij overleden is, en daarvoor, had ons Bomma jarenlang voor hem gezorgd, zijn bed stond zelfs beneden, omdat hij de adem niet meer had om naar boven te gaan.

Ze was een sterke vrouw, toen hij ziek werd , is ze gaan werken als kokkin, dat vertelde ik U al. Helemaal in het begin, toen ze pas getrouwd waren, en ze dus geen Vlaams sprak, was ze sociaal en hartelijk genoeg, om snel kennis te maken met de buren, die net als zij, in de nieuwe huisjes woonden, die ze in de straat gebouwd hadden, en waar ze in het eerste huisje woonden dat af was. Ze drukte er op, om , als de mensen Frans spraken tegen haar, om te zeggen ( non, non, svp, Vlaams) zodat ze vrij snel Vlaams sprak, wel met een sterke Franse tongval, maar ze deed haar best. Tegen de familie sprak ze Frans, en wij leerden het ook al snel, als ze met ons , naar Frankrijk, reisde, tijdens de vakantie, als we bij haar enkele weken verbleven. Ze maakte altijd ” tatjespap” voor ons, zo lekker, met gepocheerde eitjes, dat was altijd feest. Ik maakte het later voor mijn kinderen , toen ze klein waren, ook altijd klaar.

Ik weet ook nog, als ze stoofvlees maakte, deed ze er altijd gehaktballetjes in en stukjes lever. dat was ook heel lekker. Soms deed ze er ook worteltjes in. Ze kookte echt heel lekker. Haar recepten gebruik ik nog veel.

Ze heeft tot haar 78 jaar bij die familie gewerkt, niet ver van haar, ook in Mortsel, en daarna ging ze soms nog helpen, als de nieuwe kokkin het werk niet aankon als er een feest of zo was.

Toen ze ouder werd, bleef ze op haar strepen staan, ze liet zich niet doen door niemand, ze was in het kerkkoor, en ze deed veel vrijwilligerswerk voor de kerk, op een dag, was de pastoor haar vergeten uit te nodigen voor de jaarlijkse koffietafel, in het parochiehuis, toen een van haar vriendinnen, haar vroeg of ze toch kwam, de dag erna, naar het feestje, schrok ze, en toen de pastoor haar ‘s avonds toch nog kwam uitnodigen , heeft ze hem buitengesmeten, en ze is nooit meer geweest.

Ze at graag taartjes ( pateekes van de Castro) en op een dag zei ze ons, dat de dokter gezegd had , dat , als ze pateekes at, ze er moest nemen met ” crème fraiche ” dus zei ze tegen ons dat ze crème fraiche moest eten van de dokter, toen mijn Vader, daarna dat aan de dokter vroeg, zei die al lachend” het is toch een plantrekker hé, ik heb gezegd dat ze geen crème au beurre niet meer mag eten, ik heb niet gezegd dat ze crème fraiche moet eten” De dokter had haar ook gezegd, dat ze niet te veel alcohol moest drinken, ” als er eens iemand komt, mag dat wel” ze dronk niet veel , maar ze dronk graag een glaasje chablis, en ook elixir d’Anvers ging er af en toe zoet binnen. Tegen mijn man , die veel onderweg was voor zijn werk, zegde ze altijd ” als je in de buurt bent, spring maar binnen , hé” als ze zijn auto dan voor de deur zag stoppen, ging ze al naar de kelder, de fles elixir halen, en deed ze zo de deur open. Het was een pateeke, maar een heel lieve Boma” ik zal ze nooit vergeten. Ik hou nog altijd van Frankrijk, en de vele Franse chansons die ik van haar leerde. Toen ze ouder was, keek ze altijd naar de Franse tv, in de namiddag zonden die ” la chance aux chansons ” uit, daar hield ze heel veel van, met presentator Pascal Sevran, ze zong de hele tijd mee.

Zij koos mijn naam, als meter , door een Franse actrice ( ik weet niet hoe ze met haar achternaam heette, jaren 30 ) die ze graag zag spelen. Ze had graag gehad dat ik op haar verjaardag zou geboren worden, ze verjaarde de 12de, maar ik was er pas de 16de, allebei stiertjes, en ze zei altijd tegen mij ” jij bent een Becquaert ” daar wou ze mee zeggen, levensgenieters. Ik was dol op haar. Op ons Moemoe ook, maar dat was dag en nacht, want dat was een rustige , kalme dame, die nooit geen woord te veel zegde, maar ook een lieve was. Daar schreef ik al eens over. Bij de foto’s, nogmaals ons Bomma toen ze van Frankrijk hier aankwam, wij met ons Bomma in Frankrijk met haar Moeder, onze overgrootmoeder ( hielp tot haar 96 in het volkscafeetje van haar zoon. ) en tijdens de jubilé van mijn grootouders ( toen was onze Bompa al ziek)

%d bloggers liken dit: