Glastuinbouwers moeten overschakelen op grond- of leidingwater

SINT-KATELIJNE-WAVER – 50 procent van alle glastuinbouw in Vlaanderen vind je in de provincie Antwerpen. Ook bijna 60 procent van alle groenteteelt onder glas situeert zich hier. In de Zuidrand en met name in Boechout, Ranst, Wommelgem en Lier is glastuinbouw een belangrijke economische pool. Momenteel gaat de sector gebukt onder het droge weer.

Groentetelers in open lucht die niet over waterbronnen of -voorraden beschikken zien vandaag hun teelten deels of volledig verloren gaan. Niet alleen de vollegronds-groentetelers kampen met dit probleem, ook bij vele glastuinbouwers staan de waterbassins zo goed als leeg. Dat is ook het geval op het Proefstation voor de Groenteteelt in Sint-Katelijne-Waver en het Proefcentrum Hoogstraten. Nu al het beschikbare regenwater dreigt op te raken, kunnen ze niet anders dan overschakelen op grond- of leidingwater. Gedeputeerde Ludwig Caluwé (CD&V): ‘Een spijtige en kostelijke zaak voor een sector die ernaar streeft om op een zeer duurzame manier met water om te gaan.’ Ook tomaten, paprika’s, aardbeien en komkommers hebben last van de aanhoudende droogte. Want hoewel zij in een serre staan – en niet op het veld zoals bloemkolen, prei en sla – stroomt er ook door hun wortels regenwater.

‘Om te groeien kunnen tomaten, paprika’s, aardbeien en komkommers niet zonder (veel) water. Op jaarbasis heeft een tomatenplant netto minstens 800 liter water per vierkante meter nodig. Gelukkig valt er per jaar gemiddeld 780 liter regenwater per vierkante meter. Dat wordt opgevangen in een bassin naast de serre zodat er steeds een voorraad beschikbaar is.’ Het stockeren van regenwater is belangrijk omdat de regenval onvoorspelbaar is, maar ook omdat de waterbehoefte van de serreplanten sterk varieert doorheen het jaar. Zo zien we dat tomatenplanten in het voor- en in het najaar veel minder water nodig hebben dan in de zomer, wanneer hun productie piekt. En laat dat nu net de periode zijn waarin veel minder regen valt. Het resultaat is dan ook dat het waterpeil van de bassins ’s zomers pijlsnel daalt.

Vandaag zijn die waterbassins nagenoeg uitgeput. De laatste liter water kan niet worden gebruikt omdat het te warm is en er te veel vuil in zit. Dus is er voor de praktijkbedrijven en de andere glastuinbouwers geen andere mogelijkheid dan over te schakelen op alternatieve bronnen zoals grond- en leidingwater. In het geval dat leidingwater wordt gebruikt, brengt dit een enorm kostenplaatje met zich mee. ‘Een zeer spijtige zaak als je weet dat de glastuinbouwsector alle moeite doet om het regenwater optimaal op te vangen en te stockeren. Maar tegen een lange droogte is ook hun buffer niet opgewassen. De praktijkbedrijven van de provincie bekijken daarom waar het nog efficiënter kan en testen nieuwe technieken uit. Als bewezen is dat deze een verschil betekenen, kunnen ook glastuinbouwers er mee aan de slag gaan.’ Glastuinbouwers kunnen bij het Proefstation voor de Groenteteelt in Sint-Katelijne-Waver een berekening laten maken van de grootte van hun waterbassins. Daarbij wordt rekening gehouden met verschillende factoren zoals het klimaat, de grootte van het bedrijf, het gewas dat in de serre groeit, de voorspelde regenval en de verwachte droogteperiodes. Omdat het gebruik van regenwater ook in de rest van Europa steeds belangrijker wordt, werkt het Proefstation binnen het Europese project FERTINNOWA momenteel nieuwe modellen uit voor Polen, Spanje en Bretagne, aangepast aan hun huidige klimaat. (EM/Foto Provincie Antwerpen)