Scholieren Sint-Lutgardis Merksem zetten leerlingen uit Zuidrand een neus

MERKSEM – De leerlingen van de Sint-Lutgarisschool Campus KVO aan de Bredabaan in Merksem wisten met hun mini-onderneming de jury van de provincie Antwerpen van de Vlajo-wedstrijd te overtuigen met hun zelfontworpen educatief kaartspel Funimal waarmee zij kinderen en anderstaligen helpen om spelenderwijs Nederlands te leren. Op woensdag 24 april zullen zij onze provincie vertegenwoordigen tijdens de Vlaamse finale bij de hoofdzetel van Parisbas Fortis in Brussel.

Gedeputeerden Ludwig Caluwé en Kathleen Helsen (beiden CD&V) brachten hen vandaag een bezoek. Vlajo staat voor Vlaamse Jonge Ondernemingen, een organisatie die – dankzij steun van de overheid en het bedrijfsleven – een duidelijke missie nastreeft in de Vlaamse scholen, hogescholen en universiteiten. Vlajo wil talent creatief ontwikkelen en daagt daarom leerlingen uit het secundair onderwijs uit om een Vlajo Mini-onderneming op te richten. Voor de loop van één schooljaar starten de jongeren in team een eigen bedrijfje. Ze verdelen de functies, kiezen een product of dienst, doen marktonderzoek, zoeken aandeelhouders, vervaardigen hun producten, ontwikkelen een marketingstrategie om hun product te commercialiseren en voeren ten slotte de boekhouding. Een ervaring waarbij ze ondernemende competenties ontdekken en ontwikkelen als initiatief nemen, teamspirit, innovatie, leiding geven,… . Dit schooljaar doen 500 teams (bestaande uit circa 5 000 leerlingen), waarvan ook een heleboel uit de Zuidrand, mee aan het programma Vlajo Mini-ondernemingen. Ook op andere onderwijsniveaus biedt Vlajo ondernemerschapsprogramma’s aan.

Mohammed, Lisa, Emilie, Jacqueline en Anna-Rozy, allemaal leerlingen van het vijfde jaar economie in Sint-Lutgardis vormen de onderneming Pleduco. ‘Dat staat voor Play, Learn, EDUcation, eCOlogics en economics. Het is een spel dat wordt gespeeld aan de hand van een woordketting. Alle woorden hebben betrekking op dieren.’ Het reglement helemaal uitleggen zou ons te ver leiden maar wie een kaart mag afleggen moet de naam van het dier hardop uitspreken, wat de taalkennis ten goede moet komen. ‘In Antwerpen zijn heel wat OKAN (Onthaalklassen voor Anderstalige Nieuwkomers)-leerlingen en die kunnen dit spel best gebruiken. Dit kan hen helpen om het Nederlands onder de knie te krijgen.’

De jury was vooral onder de indruk van de maatschappelijke waarde van het spel en er werd aan meer gedacht. ‘De zakjes waarin de kaarten worden verpakt dragen een Eco-label. Het spel kan geworden gespeeld vanaf twee personen en er zijn 133 kaarten.’ Inge Van Assche, lerares economie: ‘Supertof dat wij voor het tweede achtereenvolgende jaar met onze school in de prijzen vallen. De leerlingen wilden iets doen met een bord- of kaartspel. Zo is alles begonnen in september van vorig jaar. In oktober en november werd het spel verfijnd. We zijn langs geweest bij verschillende basscholen en ook de Universiteit Antwerpen toont interesse. In het totaal zijn dertien leerlingen betrokken bij het project rond de mini-ondernemingen. De andere groep houdt zich bezig met het desinfecteren en recycleren van wijnflessen waarvan zij lampen maken. Het probleem is echter dat er in die sector al wel wat concurrentie is. Daar hebben de ‘kaarters’ vooralsnog niet mee af te rekenen. Na de Vlaamse finale gaan zij verder bekijken wat de mogelijkheden zijn. Misschien zie je het kaartspel binnenkort wel in de winkel liggen.’ (EM)

%d bloggers liken dit: