De wekelijkse column over de jeugdjaren Diane Van Rillaer. Onze eerste televisie in 1958
In 1958 was er niet alleen de Wereldtentoonstelling, waar we allemaal wel naar toe zijn geweest, en waar we de gekste en plezantste herinneringen aan hebben, maar kochten mijn ouders ook onze eerste televisie, met een binnenhuisantenne er bovenop, die je moest draaien naargelang je beeld kreeg of niet, en de sneeuw weg was. In het allereerste begin was er enkel Vlaams Brussel (de BRT) en Frans Brussel (de RTB) . Een van de programma’s die ik me herinner is Schipper naast Mathilde, daar bleven de mensen voor thuis. Voor het nieuws, werd er ook speciaal thuisgebleven, moesten we ergens naar toe, dan was het " we vertrekken na het nieuws" ( het gesproken dagblad zei ons Moemoe) .
Ik herinner me nog goed, op de hoek van de Eikelstraat en de Bindstraat was een televisiewinkel, ‘s avonds, werd de televisie in de etalage opgezet, en stonden de mensen die nog geen televisie hadden, dicht naast en achter mekaar, gedrumd, voor de etalage, om het nieuwe medium te bekijken; Dit gebeurde zeker als er voetbal werd uitgezonden, en nog zekerder, bij de match Belgie – Holland , dan stonden ze tot op straat, dan was het voetpad te klein. in Borgerhout, vertelde mijn man, was er een televisiewinkel op het Groeningerplein waar ook altijd een massa volk stond te kijken. Zeer snel kochten hoe langer , hoe meer mensen, een televisie . In het begin van de jaren 60, namen de meeste mensen een antenne op het dak, dat was nog altijd geen garantie op een goede ontvangst, ik herinner me nog goed, onze Pa op het dak, en dan naar mekaar roepen, " is het goed zo, " en dan ons Ma door het raam," nee, ik denk meer naar links" tot het beeld eindelijk sneeuwvrij was, en we het testbeeld duidelijk zagen verschijnen. Later toen de Nederlandse zenders erbij kwamen, moesten we de antenne uitbreiden met een extra element op de paal , of je kon dat niet ontvangen, en vermits er totaal andere dingen werden uitgezonden, in Nederland , wilde iedereen die zien. Een van de programma’s die men op Nederland wou zien, was de reclame met Loeki, het leeuwke; vooral graag gezien door de kinderen . En de programma’s met Mies Bouwman en later met Berend Boudewijn.
Soms speelde de televisie ineens beter, als je er met je vlakke hand een klap op gaf, ik heb het mijn Nonkel John regelmatig zien doen, met een krachtige " Godver……… " er achteraan. Ja , in het begin was het behelpen. Ons Moemoe haar televisie stond in een kast, een groot donkerhouten gevaarte, dat ineens de zitkamer een pak kleiner maakte, maar ze wou dat lelijk ding, zoals ze zegde, niet echt tentoonstellen, en daarom had ze een meubel gekocht waar hij in paste. In het begin werd er door iedereen over gepraat, "heb jij al een televisie? wij hebben er juist een gekocht, plezant, ge moet dat echt doen" enzoverder. Toen ik eens tegen mijn kinderen, vertelde, dat wij geen televisie hadden toen wij klein waren, vroegen ze me, met verbaasde ogen" wat deden jullie dan" ik zegde dan " naar de radio, de Bonten avond luisteren, of op straat spelen, of kaarten met ons Moemoe, of met ons Bomma " en wij verveelden ons nooit, ik weet nog goed, dat wij elke avond , moe van het spelen, in slaap vielen.
Het waren zwartwit beelden, want de kleurentelevisie is maar later gekomen, in denk in de jaren 70. Afstandsbediening hadden we ook niet, maar er waren maar twee zenders, dus moest je niet opstaan om te zappen, want dat bestond nog niet en de programma’s duurden ook niet zo lang, ik geloof dat het elke avond om 20 u nieuws was, en de weerman, en dan " het Manneke" gespeeld door Jef Cassiers ( daarvoor de Woodpeckers, samen met zijn broer de Cois ) , hij had altijd een hoedje op en een heel lange sjaal, en speelde elke avond een sketch, uit het leven gegrepen. Het Manneke was al heel snel, heel populair. Een van de zeer graaggeziene figuren, was natuurlijk Nonkel Bob, die een namiddaguitzending had voor de kinderen, samen met de Melkbrigade , en Tante Ria , in het programma TV OHEE , Zowel mijn man, als ik, zijn in dat programma geweest, door een oproep van de Melkbrigade, Tante Terry en Kraakje kwamen later. Daarna nog een of twee programma’s , waaronder Tony Corsari, met zijn programma " 100.000 of niks " een vlaamse kwis, elke zondagavond, en waarin hij voor de eerste keer het liedje zong " waarom zijn de bananen krom " en dan was de avond voorbij . De mensen gingen ook vroeger slapen, als de televisie rond 22 u. gedaan was, ging men naar bed.
Het televisietoestel had al snel zijn vaste plaats in de zitkamers, er werd een kanten lapje opgelegd, en een vaasje opgezet, toen de binnenhuisantennes verdwenen waren. Het is toch raar, hoe in 60 jaar een kijkbuis de avonden van vele gezinnen grondig veranderde, en een wereld zonder televisie bijna niet meer voor te stellen is.